De bakelieten telefoon.

Gepubliceerd op 9 december 2022 om 18:42

De bakelieten telefoon

Wie kent hem niet, het stoere solide apparaat aan de muur in de gang, die nooit zomaar werd gebruikt, maar alleen als het strikt noodzakelijk was. In de winter was het zo wie zo niet prettig om een lang gesprek te voeren met een ver familielid, daar was het in de gang of hal veel te koud voor. Wel een mooie tijd was het toen, een rustige tijd zonder mobieltjes, ik kan er wel naar terug verlangen. Toch ging de telefoon bij ons thuis vroeger misschien vaker dan bij menig ander huishouden. Mijn vader was namelijk keurmeester van bomen en Opheusden was en is nog het grootste laanboomcentrum van Nederland, ja misschien wel van de hele wereld. Ons dorp is al jaren rijk bedeeld met vele boomkwekers en die kwamen vaak met van allerlei vragen bij mijn vader. Op zaterdagochtend zat de achterkamer dan ook vol met de bomen telende dorpelingen. Terwijl mijn moeder ettelijke kopjes koffie zette, de kamer blauw zag van de sigaren en sigarettendamp, zaten wij, nieuwsgierig als we waren, om de tafel te luisteren naar de verhalen. De boomkwekerstermen kenden we allemaal , we wisten wat griffelen en occulieren was, we wisten wat plombers waren en dat de rooitijd in de winter heel wat drukte met zich meebracht. Tja, het was gezellig op zulke zaterdagochtenden bij ons thuis. Op andere dagen werd er door de boomkwekers naar de telefoon gegrepen en dat was vaak tussen de middag, als ze van het land kwamen, of aan het einde van de middag. Terwijl zij hun vrouwen even lieten wachten met de etenspot, moesten ze bellen naar Gijs Arends om advies, maar ja, mijn vader zat dan met zijn kroostrijk gezin te genieten van het heerlijke eten, wat mijn moeder elke dag op tafel zette. Steevast rinkelde de bakelieten telefoon, die door de marmeren vloer in de gang extra schel klonk. Mijn moeder zuchtte dan even en nam de telefoon op, eigenlijk wel wetende dat het toch voor mijn vader was, die niet altijd zin in een gesprek had, maar de mensen toch te woord stond. Als mijn vader aan het Bijbel lezen was, bleef de telefoon onverbiddelijk rinkelen, geen gesprek onder het Bijbel lezen. We vonden het helemaal niets dat doordringende geluid vanaf de gang, maar ook daar raakten we aan gewend. Eenvoudig waren de telefoonnummers in vroeger dagen, ons nummer was 326, kort maar krachtig en makkelijk te onthouden , want 3 x 2 is immers 6. Nu had onze dominee het nummer 236 en het gebeurde dat een boomkweker mijn vader wilde bellen, maar het nummer van de pastorie had gedraaid. Het was nog heel vroeg in de ochtend en meteen begon de beste man te babbelen over bomen, niet goed luisterend naar de naam aan de andere kant van de lijn. Ik denk, zei ds. Van Beek, dat je Gijs Arends moet hebben, je hebt het verkeerde nummer. Gertje Roelofsen, hij was het, die belde, zei heel droog : "Tis ook zo mistig". Ja, "ons bakelietje" heeft heel wat verhalen aangehoord en doorgegeven, wat een heerlijke tijd was het toch.

Reactie plaatsen

Reacties

Henra
een jaar geleden

Janneke, prachtig verhaal weer... al ken ik die tijd zelf niet... krijg er wel heimwee naar...

Marian
een jaar geleden

Prachtig geschreven, heerlijk om te lezen en ik zie het zo voor me...Dierbare herinneringen!!